Ben je nieuw in de wondere wereld van tuinieren? Blader door onze lijst met hints en tips om aan de slag te gaan, te zaaien, te planten en leefgebieden voor wilde dieren te creëren.
Tuinieren is leuk en lonend. Wat is er lekkerder dan zelfgekweekt voedsel te eten of een avondmaaltijd te nuttigen op het terras omringd door de geur van geurende planten die je hebt gekweekt? Het kan moeilijk zijn om te weten wanneer en hoe je een tuin moet beginnen, maar we zijn hier om je door het proces te begeleiden.
Blader door onze 10 beginnerstips voor tuinieren hieronder.
1. Leer je tuin kennen
Het goed leren kennen van je tuin is essentieel bij het tuinieren. Is jouw tuin bijvoorbeeld het op het zuiden of op het noorden gericht? Als je weet waar de zon de grond raakt, kun je beter beslissen wat je waar wilt kweken. Het is ook de moeite waard om te weten wat voor grondsoort je hebt. Kijk eens naar wat er groeit – bepaalde planten zullen je vertellen dat de grond zuur is, terwijl de afwezigheid hiervan een meer alkalische grond suggereert. Het doen van een grondtest zal je verder helpen je grond te leren kennen, en dus welke planten je kunt kweken.
2. Maak een tuinier-plan
Zitten en het plannen van je tuin is een goed startpunt. Op deze manier kun je uitzoeken wat je waar wilt kweken, in plaats van je te laten meeslepen in het tuincentrum en te eindigen met een wirwar van planten die er niet goed uitzien en misschien niet passen bij je kweekomstandigheden. Het Nederlandse klimaat kan best grillig worden, let bijvoorbeeld bij (sub)tropische planten goed op of ze wel winterhard zijn. Door te plannen kun je ook verstandig omgaan met kleur en structuur, waardoor je een tuin kunt creëren die er het hele jaar mooi uitziet.
Lees hier hoe je een tuinplan maakt
3. Leer planten goed te planten
We praten hier natuurlijk over het werkwoord “planten”. Door je planten goed te planten, zorg je ervoor dat ze goed groeien en lang leven. Zorg ervoor dat je de tijd neemt om te wieden en de grond voor te bereiden voordat je gaat planten, en voeg waar nodig kunstmest toe. Als je niet zeker weet hoe je iets moet planten, zoek dan online naar instructies in plaats van er het beste van te hopen. Bomen die te diep zijn geplant, zullen nooit gedijen, en wortelkluiten die trots op het grondoppervlak zitten, zullen snel uitdrogen, wat leidt tot de uiteindelijke dood van de plant.
4. Voorzie je planten regelmatig van water en voeding
Weten wanneer en hoe planten water moeten krijgen, is het verschil tussen leven en sterven. Geef in het algemeen de kluit water in plaats van de bladeren, aangezien het de wortels zijn die het water opnemen. De kluit wekelijks laten weken is beter dan elke dag een klein beetje water geven. Voeding is ook belangrijk – over het algemeen zou je tijdens het groeiseizoen (dat is lente en zomer) om de twee weken moeten kijken naar voeding. Dit is natuurlijk compleet afhankelijk van de soort plant.
Lees hier alles over het bewateren van planten
5. Houd ongedierte in de gaten
De meeste tuinplagen doen niet veel kwaad aan planten en kunnen met rust worden gelaten – er zijn tal van natuurlijke vijanden die ze in toom houden. Soms kunnen plaagpopulaties echter een plaag worden en moet je handelen. Let op toenemende aantallen ongedierte zoals spint, bladluizen of slakken en probeer deze in toom te houden, dit helpt je planten veilig te houden en bespaart je een hoop gezeik.
Lees hier alles over het bestrijden van ongedierte
6. Wees niet bang om te snoeien
Het snoeien van planten kan een ontmoedigende klus lijken, maar als je leert hoe je het werk goed moet doen, word je beloond met planten die er goed uitzien, goed groeien en waarschijnlijk ook beter zullen bloeien en vrucht dragen. De sleutel tot succesvol snoeien is weten wanneer je moet snoeien en de richtlijnen volgen voor het maken van de sneden en het vormen van de plant.
Lees hier alles over het snoeien van planten
7. Wees aardig voor dieren en insecten
Nieuwe tuinders zien dieren vaak als de vijand – insecten en hun larven ontbladeren planten, vogels eten ons fruit en muizen knabbelen aan onze erwten- en bonenzaden. Maar dieren in het wild kunnen ook nuttig zijn in de tuin. Vogels eten allerlei ongedierte in de tuin, waaronder naaktslakken en slakken, bladluizen en rupsen. Bijen bestuiven de gewassen. Een tuin zou niet half zo leuk zijn zonder dieren in het wild – van kikkers en padden tot egels, bijen, vlinders en vogels. Het creëren van leefgebieden voor hen en leren om uw tuin met hen te delen, is de sleutel om van uw ruimte te genieten.
8. Geniet van je tuin
Vergeet niet te genieten van je tuin. Zorg ervoor dat je de tijd neemt om achterover te leunen en te genieten van de vruchten van je werk. Creëer een zithoek waar je kunt zitten en lezen of eten met vrienden en familie. Plant borders waar je vanuit een raam van kunt genieten en hang vogelvoeders op zodat je hun capriolen kunt zien.